Wednesday, December 20, 2006

Mussolini anno 2007

2006 loopt op zijn einde. Ook in Italië. Ook in de edicola van Andrea Merciai, mijn communistische krantenverkoper op de hoek van de straat. Zijn krap bemeten kiosk is een prachtig onontdekt plekje in Florence, waar ik graag kom. De ene keer voor de Gazzetta dello Sport, een andere keer voor de Vogue, de Bicisport, la Repubblica, il Corriere della Sera of de laatste DVD uit een serie over de Italiaanse cinema, de tien beste voetballers of de beste wielrenners allertijden. Zijn humeur wisselt nog wel eens, maar elke ochtend als ik bij hem over de drempel stap, weerklinken klassieke tonen vanachter de toonbank. Wagner, Bach, Mozart of Puccini. En dan kletsen we over de laatst gespeelde wedstrijd van Fiorentina, dan gaat het over die kletsmajoor van een Berlusconi en dan zegt Andrea dat het onder Romano Prodi al niet veel beter gesteld is. Hij doet me typisch Toscaanse gerechten van de hand, geeft me onderricht in Florentijns dialect en fluistert me de laatste roddels in. Andrea is een van mijn helden uit San Frediano. Hij is bron én inspiratiebron, zelfs als ik het niet met hem eens ben.

Het leven van een krantenverkoper gaat niet over rozen. Andrea heeft thuis drie opgroeiende dochters te onderhouden, die er graag mooi opgepoetst bijlopen, met tassen en schoenen van Dolce en Gabbana enzo. Probeer daar als arme krantenverkoper maar eens tegenop te werken. Je zou er bijna depressief van worden, maar Andrea niet. Ook al moest hij tegen zijn zin het assortiment uitbreiden. Met Hello Kitty prullaria voor de meisjes, punnikpatronen voor oude van dagen, Playstation-toestanden voor de jongens en porno voor overhitte mannen. Sex sells, ook in San Frediano. Wat het zo tegen het einde van het jaar ook goed doet, zijn de kalenders voor 2007. Grote, kleine, met katten, honden, rozen, Toscaanse vergezichten, moeder Teresa, paus Johannes Paulus II (Ratzinger verkoopt voor geen meter), blote meisjes of blote jongens. Andrea zei dat hij er zelf ook om moest lachen, om al die onzin die de verschillende Italiaanse uitgevers hem hadden toegestuurd. Maar ja, er werd veel om gevraagd dus Andrea moest wel. Hij dacht ook aan de verlanglijstjes van zijn dochters. In een klein plastic mandje staken alle soorten en maten kalenders in de lucht. Ik liet de ene na de andere door mijn vingers gaan. Veel kalenders van Padre Pio. Padre Pio en nog eens Padre Pio. Ik bladerde voorbij Cristiano Angelucci. Het model had zich in een zogenaamd erotische pose geworsteld, met een blik op sensueel en veel teveel badschuim rondom de intieme delen. Het deed mij persoonlijk niets, maar misschien had dat met het vroege tijdstip te maken. Ik zag Cristiano nog niet bij mij op de wc hangen. Laat staan in de keuken. Volgende klant. Benito! Wie anders? Andrea had de fascistenleider nog geprobeerd te verstoppen, weggemoffeld ergens achterin het mandje, maar aan Il Duce viel gewoonweg niet te ontsnappen. Zelfs niet 67 jaar na diens dood. Aan Mussolini wordt nog volop verdiend. De kalenders, uitgegeven door achterneef Giorgio Mussolini, vlogen volgens Andrea de deur uit. Het deed hem zeer, maar zo was het nu eenmaal, want in de herinnering was het leven onder Il Duce goed. Tsja. Andrea haalde zijn schouders op. Ik rekende af en liet Andrea de nieuwe kalender van Fiorentina inpakken. Gelukkig nieuwjaar!

1 comment:

Anonymous said...

Ik mis Florence... En San Frediano helemaal! Ik vind het heel leuk dat je zo'n leuke weblog bij houdt. Ga zo door!