Friday, December 07, 2007

Eindhoven door de ogen van de Italiaan

Komende week speelt Internazionale in Eindhoven de laatste poulewedstrijd in groep G van de Champions League tegen PSV. De Italiaanse ploeg is al zeker van de volgende ronde, dus de fans kunnen er maar beter een fijn voetbalfeest van maken, daar in de Lage Landen, zo adviseerde de La Gazzetta dello Sport deze week. Gewoon, genieten van een korte vakantie en liever geen relschopperij. Het gaat voor Inter om des Keizers baard dus wat zouden de tifosi zich druk maken? Misschien dat de roze sportkrant daarom besloot een soort VVV-reisadvies af te drukken wat wél en wat vooral niet te doen in de lichtstad.
Eindhoven komt er in de krant helemaal niet slecht vanaf: 'Het is er verassend gezellig en heel wat anders dan het stereotype beeld dat van Amsterdam bestaat, met de vele coffeeshops en de rosse buurt. Vooral op de Markt is er volop vermaak. Lastiger is het volgens de Gazzetta om in Eindhoven aan een bed te komen. 'Want voor een stad met tweehonderdduizend inwoners houdt het aantal hotels niet over. Gelukkig is de Hotel-O-Theek op het Wilhelminaplein voor 28 euro per nacht best te doen', schrijft de verslaggever.

Belangrijker zaken nu. Waar in Godsnaam eet de Italiaan uit ín Eindhoven? En hoe en wat bestel je zoal bij de ober? 'Tsja, daar vraag je me wat', wordt een Italiaanse werknemer van Philips geciteerd. 'Het is en blijft Nederland, dus het is moeilijk een restaurant te vinden waar je lekker kunt eten. Je kunt wel goed eten hoor, maar dan is de kaart niet Nederlands', aldus de ingenieur die vijf jaar geleden naar Nederland verhuisde. 'Eigenlijk', gaat Federico Cesario verder, ' is de frikandel het meest Hollandse gerecht dat er bestaat. Het is een soort würstel, maar ook weer niet en niemand weet eigenlijk uit welke bestanddelen een frikandel bestaat. Toch is de frikandel in Nederland heel populair. Men bestelt hem vooral tijdens het uitgaan. De smaak? (na een lange pauze) Niet te beschrijven'. Ik kon een lach niet onderdrukken (of diende ik me juist te schamen?) en vroeg me af hoe de Italiaan de afgelopen jaren in hemelsnaam had weten te overleven in 'Eindhoove'. 'Nou, gelukkig bestaan er zogenaamde eetcafé's waar je een uitsmijter kunt bestellen. Dat is een gebakken ei op een geroosterde boterham, met bacon en champignons enzo. Echt een calorieën-bom'. Tot zover Nederland culinair. Gelukkig maar dat de kroegen en de discotheken in het centrum niet te ver van elkaar vandaan liggen, schrijft de verslaggever. Alles is te voet te doen, de afstand is maximaal vijftien minuten. Kan die uitsmijter er tenminste weer vanaf gewandeld.

Tot slot krijgt de lezer nog wat tips van culturele aard mee. Zo zijn volgens de Gazzetta het Vanabbemuseum, het DAF-museum en het Philips-museum zeer de moeite waard. En het wordt de fans aangeraden om vlak voor het duel een pintje te gaan pakken in 'de Vereniging', volgens de Gazzetta een bar op de eerste verdieping van het Philips-stadion, maar in werkelijkheid een eetcafé met de naam 'de Verlenging' . 'Ongelooflijk, daar sta je gewoon tussen de PSV-fans en de kans dat je daar als tegenstander op je gezicht wordt geslagen, is klein. PSV-supporters zijn zeer vredelievend', meent de krant. 'Oh, en de supporters noemen zichzelf trouwens 'boeren', omdat ze uit Brabant komen. Het is een geuzennaam waar de fans gek genoeg trots op zijn'. Van dat laatste snapt de gemiddelde Italiaan natuurlijk helemaal niets. Het woord 'terrone', dat ongeveer hetzelfde betekent, geldt in de laars als een vreselijk scheldwoord en wordt door Noord-Italianen gebruikt om landgenoten uit het Zuiden te benoemen. Het is een grove belediging een boer uit Sicilië of Calabrië een 'terrone' te noemen, omdat het in feite 'achtergebleven boer' of 'luie profiteur' betekent. In de ogen van de Milanees of de Piëmontees tenminste. Hoe dan ook, geen haar op het hoofd van een Palermitaan of een Napolitaan om het 'terrone, terrone!!!' zelf van de tribunes te laten kletteren. Maar goed dat er verschil bestaat. Tussen Eindhoven en Milaan, tussen Noord en Zuid, tussen een pasta pomodoro en een frikandelletje speciaal.

Tuesday, December 04, 2007

Minuut stilte voor Prandelli

De minuut stilte is de laatste jaren aan slijtage onderhevig. Er wordt steeds vaker geapplaudiseerd, gefloten of zelfs geschreeuwd tijdens een minuut, die al lang geen minuut meer is. Gemiddeld genomen kijken scheidsrechters na twintig seconden al op hun stopwatch. Prietttt! Spelen maar. Laten we het vooral niet ongemakkelijk laten worden met z'n allen, ook al is die minuut juist dáár voor bedoeld. Ik weet niet wie er ooit mee begonnen is, met dat idiote handengeklap, of waar ze het hebben uitgevonden, maar afgelopen zondag keerde men in Florence gelukkig terug naar de oorsprong. Voor aanvang van het duel van Fiorentina tegen Inter was het in het stadio Franchi oorverdovend stil. 60 seconden lang hielden 42.000 fans hun adem in om de laatste eer te bewijzen aan Manuela Prandelli. De echtgenote van de trainer van Fiorentina overleed vorige week, na een lang ziekbed, aan de gevolgen van borstkanker. Manuela Prandelli was pas 45 jaar oud, veel te jong natuurlijk. Dat realiseerden de fans in het stadion zich ook. Je kon een speld horen vallen. Er werden spandoeken uitgerold: 'Cesare: verenigd in de overwinning, maar nog meer in het verdriet'. Fans gooiden bossen bloemen op het veld. Witte rozen boven op de dug-out. Prandelli, die er overigens zélf voor koos om weer op de bank te gaan zitten, hief zijn hoofd ten hemel en pinkte een traan weg. Tsja, wie niet?

Dat het duel met 0-2 verloren ging, deed er amper toe. De jongens hadden het toch geprobeerd? Voetbal is in Italië heilig, maar gelukkig niet altijd. Daar kwam Prandelli achter toen de ziekte van zijn vrouw zich drie jaar geleden voor het eerst openbaarde. De trainer had net een lucratief contract met AS Roma getekend maar liet die verbintenis na een paar weken zonder pardon ontbinden. Prandelli wilde zijn vrouw tot steun zijn tijdens de chemotherapie en bestraling, hij wilde thuis kunnen koken voor zijn puberende zoon en dochter. Voetbal, toch zeker zijn tweede liefde, kon hem voor even gestolen worden. Het gezin ging voor. Binnen de Italiaanse voetbalwereld werd Prandelli's gebaar als een zeldzame daad van onbaatzuchtigheid opgevat. Men vond het wat zeggen over het karakter van de trainer, die in Rome niet voor niets de bijnaam 'Ave Cesare' meekreeg. Manuela Caffi, Cesare's jeugdliefde, zou de beslissing van haar echtgenoot later omschrijven als een 'groots liefdesgebaar'. En zijn dochter Carolina zei: 'Ik ben ontzettend trots op papa'.

Misschien dat Cesare Prandelli vanwege zijn bescheidenheid zo goed past bij de club Fiorentina, waar ze met een 'progetto' heten bezig te zijn. De voorzitters Diego en Andrea Della Valle, technisch directeur Corvino en de trainer willen de club op termijn terugbrengen aan de top. Hoe? Door op een verantwoorde en nette manier voetbal te bedrijven. Dat wil zeggen dat in Florence niet met miljoenen wordt gesmeten. Niet langer wordt lukraak aangekocht, maar jonge spelers krijgen onder Prandelli de kans. Het is hameren, sleutelen en slijpen wat de trainer doet. Niet gaan voor instant-succes, maar lange-termijn-denken. Opportunisme is Prandelli vreemd. Pazzini, Montolivo en Osvaldo hoeven niet elke week te presteren, een nederlaag is niet per se fnuikend. En juist daar zit 'm de crux. Creativiteit krijgt de ruimte en zodoende komt talent in Florence tot wasdom, zoals tijdens de Renaissance al het geval was. Zelfs een oude meester als Christian Vieri heeft zichzelf aan de oevers van de Arno herontdekt. Tien kilo lichter dan voorheen en bescheidener dan ooit. En het enige dat Prandelli deed was Bobogol zélf tot dat inzicht laten komen. De ex-Interista die in Milaan rondreed in Porsche's en Ferrari's en bekend stond vanwege zijn flamboyante playboy-gedrag, woont in Toscane weer op het platteland bij zijn moeder. Hij speelt er tussen de cipressen met een voetbal en zijn honden, geniet van wat plakken salami en een slok wijn en pakt dagelijks de trein in plaats van de sportwagen naar de training. Soms is het leven beter eenvoudig.

In Florence wordt al van de Prandelli-doctrine gesproken. De trainer wordt in de kunststad op handen gedragen, geadoreerd, geliefkoosd. Dat bleek deze week uit de vele steunbetuigingen die de trainer ontving. Die steun kwam deze week zowaar (en onder publieke druk) ook uit de hoek van de Lega Calcio. De voetbalbond besloot het initiatief van Prandelli én van de broers Della Valle, om na iedere thuiswedstrijd de zogenaamde derde helft in te voeren, navolging te geven. Het wil zeggen dat vanaf januari spelers van álle ploegen in de Serie A en B elkaar verplicht de hand dienen te schudden na afloop van iedere wedstrijd. Fiorentina noemt het idee Viola Fair. Het is een vorm van sportiviteit die werd overgenomen uit de wereld van het rugby. Het moet de ultras op de tribune duidelijk maken dat voetbal uiteindelijk 'maar' een spelletje is en dat het afgelopen moet zijn met het geweld, het racisme en de spreekkoren. Fiorentina gaf afgelopen weekend het goede voorbeeld. Ondanks het verlies tegen Inter stelden de spelers van Viola zich na afloop op in een rij en werden de tegenstanders netjes bedankt en uitgezwaaid. Ook Prandelli stond in de rij en schudde handen. Een omhelzing van Roberto Mancini en Marco Materazzi, die zelf zijn moeder op jonge leeftijd kwijtraakte. In zijn linkerhand hield hij de bos witte rozen vastgeklemd. In gedachten was hij, uiteraard, bij Manuela. Het resultaat is niet altijd heilig. Gelukkig maar.