Friday, December 18, 2009

Naish



Het vriest dat het kraakt. Ook in Italië. In mijn slecht geïsoleerde flat staan de bloemen 's ochtends op de ruiten en ik vermoed dan ook dat de eerste Europese marathon op natuurijs in Lucca wordt verreden en niet in, pak 'm beet, Haaksbergen, Veenoord of Noordlaren.

Op de Piazza Napoleone wordt elke nacht heel zorgvuldig een laagje warm water op het ijs gespoten. En de ijsmeesters uit Lucca maar hopen op een aangroei van drie centimeter per nacht. Ze doen geen oog dicht.
Stel je voor, straks komt Enrico Fabris ook nog even aanwaaien voor een duurtraining in de Toscaanse buitenlucht. Wel gezellig voor de tweevoudig olympisch kampioen, met al die kerstlampjes in de platanen rond het plein en de geur van geroosterde kastanjes. En goed voor het moreel.

De Nederlandse schaatsfans zullen zich in februari vertwijfeld afvragen waar de Italiaan opeens die rondjes van 27 seconden vandaan haalt terwijl onze eigen Svenergy, doodmoe van alle 153 olympische kwalificatietoernooien, met zijn tong op zijn knieën de finish van de olympische vijf kilometer haalt.
Terug naar de werkelijkheid, waarin ik deze week langs het ijsbaantje van Lucca stond en aan de praat raakte met een Amerikaan. Die begon plots over water in plaats van ijs en had het over de monstergolven zoals die deze dagen te pletter slaan voor de kust van Hawaii. Er klonk weemoed door in zijn stem.

Werd voor het eerst in vijf jaar weer eens The Eddy Aikau Memorial gehouden (een soort Elfstedentocht voor coole surfdudes die zich met uitgebleekt haar en zongebruinde lijven van vijftien meter hoge golven storten) stond de geboren Hawaiiaan in halfbevroren toestand in Lucca op een plein.

Ik moest in een vlaag van nostalgie aan mijn eigen windsurfperiode in Waalwijk denken. Het waren de mid-eighties en alles draaide om surfboards, -boys en bikini's van O'Neill. En maar duckgijpen en headdippen met je zinkertje, op de tonen van Sweet Freedom van Michael McDonald. Ah... those were the days.

In Nederland had je Stephan van den Berg, de olympisch kampioen windsurfen van 1984. Die was best cool en knap maar Robby Naish was pas echt dé man. Geboren op Hawaii en wereldkampioen op z'n dertiende. Het was fenomenaal zoals Naish tsunami's kon temmen.

Wij, windsurfers uit Waalwijk, verafgoden Naish en als in Scheveningen een World Cup werd georganiseerd dan moést je daar bij zijn. Stonden er zomaar honderdduizend fans op het strand en had Naish dertig man personeel nodig om zijn surfplank te bereiken.

De living legend heeft de plank inmiddels verruild voor de stoel van directeur van een enorm surf- en kiteimperium maar zodra de wind aanzwelt wordt Naish naar het strand gezogen. Dan gooit de Hawaiiaan er een paar ouderwetse forward loops uit of oefent stand-up-paddling, de nieuwste surftechniek op een soort oversized board en met een roeispaan in je handen. In het leven van Robby Naish gaan de golven altijd voor, water hoort vloeibaar te zijn en niet bevroren.

Friday, December 11, 2009

Gullit op een onbewoond eiland

Het leukste bericht in de Gazzetta dello Sport ging deze week over Ruud Gullit. De roddel gaat namelijk dat il tulipano nero nee heeft gezegd tegen een aanbod van de Nigeriaanse voetbalbond omdat hij vanaf februari gaat meedoen aan Isola dei Famosi, een soort Expeditie Robinson maar dan op de Italiaanse staatstelevisie. Het is maar een gerucht maar ik verheug me nu al. Het beeld van Ruud Gullit snorkelend voor de kust van een onbewoond eiland, op zoek naar een lekker visje. Of; drinkt met z’n billen bloot, melk uit de cocosnoot. Het is weer eens wat anders dan het aanprijzen van een WK. Ik moest aan Totò Schillaci denken. De vergeten held van het wereldkampioenschap van 1990 deed in 2004 aan het televisieprogramma mee. De omstandigheden waren spartaans. Te zien was hoe een groep van twaalf modellen, acteurs, televisiepresentatoren en één sportman elkaar soms naar de strot vlogen voor een extra hap rijst, hoe men werd lek gestoken door muskieten en hoe de deelnemers bijna van het strand werden geblazen tijdens de zoveelste tropische regenstorm. De ene na de andere VIP verloor de zelfbeheersing en werd naar huis gestemd. En Schillaci? Die niet. Daar waar de meesten de zelfcontrole kwijtraakten bleef Schillaci de eenzaamheid de baas. Door een citroen als een bal hoog te houden bijvoorbeeld, met het trainingsjack van Italia ’90 om de schouders. Zoals we de sportman in hem herkenden zei Schillaci ‘ook deze wedstrijd te willen winnen’. Alleen toen zijn zoontje hem tijdens een live-show vanuit de studio in Rome te kennen gaf trots te zijn, brak Totò en vulden zijn zwarte kraaloogjes zich met tranen. Na Schillaci deed ook oud-Juventino Antonio Cabrini aan Isola dei Famosi mee en voormalig wielrenner Claudio Chiappucci, de nummer twee van de Tour de France van 1990 en 1992. Zoals de Italiaanse klimgeit vroeger in zijn eentje tegen berghellingen omhoog kon rock ‘ rollen, met de miniscule bilpartij in een soort stonewashed wielerbroek verpakt, zo stond hij op het onbewoonde eiland in eenzaamheid visjes binnen te hengelen of bouwde hutten van aangespoeld zwerfhout en bananenblad. Shapushi, zoals de Fransen hem noemden, verloor tien kilo maar je hoorde de renner niet klagen. Hoezo afzien? Dit was niets vergeleken met de beklimming van de Mortirolo. Zowel Schillaci als Chiappucci waren vastberaden om te winnen maar eindigden uiteindelijk als tweede. Weer tweede, weer nét niet. Als ik Gullit was zou ik meedoen. Il tulipano nero was de laatste jaren weliswaar ook vaak nét niet maar als sportman is Gullit een echte winnaar. ‘Op een onbewoond eiland, loopt niemand voor je neus. Ja, je voelt je d'r blij want, lekker leven is de leus’, zongen de Kinderen voor Kinderen al. Drie maanden op een onbewoond eiland en Gullit zal straks als een jonge God aan de start van het WK voetbal verschijnen; evenwichtig, tien kilo lichter en met een aangegroeid rastakapsel tot op de schouders. Net als in zijn beste jaren. Dan neemt Van Marwijk Gullit mee, in plaats van Seedorf en worden we eindelijk wereldkampioen.


Deze column verscheen eerder in de sportbijlage van het Algemeen Dagblad: www.sportwereld.nl

Tiger

http://www.break.com/games/tiger-woods-wife-outrun.html

Het is dertien jaar geleden dat Earl Woods het tijdens de prijsuitreiking voor de beste college-golfer van het jaar over de uitverkorene had. Earl doelde daarbij niet op Jezus Christus of de profeet Mohammed maar had het over zijn bloedeigen zoon. Af en toe haperde zijn stem om er vervolgens weer een paar prachtige Amerikaanse volzinnen uit te persen, zoals: ‘My heart fills with so much joy when I realize that this young man is going to help so many people’. (…) ‘He will bring the world humanitarism’. (…) ‘He is the bridge between East and West’. En tot slot, als uitsmijter: ‘The world will be a better place to live in’. Daarna hield Earl Woods het niet meer. Dikke tranen biggelden over de wangen van de 64-jarige Afro-Amerikaan (met Chinees- en Cherokee bloed in de aderen) terwijl de uitverkorene een arm om hem heensloeg. Vanuit de zaal steeg een oorverdovend applaus op. Slechts een enkeling dacht: ‘Dit is waanzin’. Je zult maar de zoon van Earl Woods zijn, een oorlogsveteraan met een moeilijke jeugd die Tiger et zes maanden al in de palm van zijn hand zette om hem te leren balanceren en die hem als 3-jarige golfattractie liet opdraven in The Mike Douglas Show. ‘Komt dat zien, dames en heren’. Ook moeder Tida, een geboren Thaise (met Nederlandse roots), gelooft dat haar zoon is voorbestemd. Dat heeft de hoogste boeddhistenmonnik van Thailand haar namelijk zelf verteld. Je zult van je beide ouders maar een levenlang te horen krijgen dat je het universele kind bent en dat je ze uiteindelijk allemaal zult overstijgen: Ali, Jacky Robinson, Joe Louis, Michael Jordan en al die anderen. Valt het Eldrick ‘Tiger’ Woods kwalijk te nemen dat hij er vanzelf in is gaan geloven en dat hij op zijn 33ste is uitgegroeid tot de beste (en de best betaalde) golfer allertijden? Persoonlijk heb ik niets met hem. Hij is té goed, té rijk, té Nike, heeft té witte tanden en zijn enige imperfectie is dat hij er af en toe eentje laat vliegen zoals tijdens de Buick Open van dit jaar (http://www.youtube.com/watch?v=kL3nZJeHIIE&feature=related). Ik zit bij Woods altijd te hopen op een mispeer. Dat ‘ie de bal een keer vreselijk de bosjes inslaat en dan zijn golfclub op z’n John McEnroe’s door midden hakt. No way. De uitverkorene verliest nooit de controle. Tot deze week. Eerst knalde Woods met een SUV tegen een eik en daarna gaf hij op zijn website toe zijn vrouw en kinderen in de steek te hebben gelaten. Het schijnt dat Tiger een overspelige echtgenoot is geweest. Heel puriteins Amerika viel over de mythe heen maar ik voel me in zekere zin opgelucht. Hoera, de uitverkorene gaat vreemd. Hoera, de übergolfer blijkt een mens van vlees en bloed te zijn.