Thursday, April 16, 2009

Adriano

De politie was dagen naar de beroemde voetballer op zoek die na het trainingskamp met de Braziliaanse plzoeg zoek was geraakt. Op vrijdag mistte hij het vliegtuig naar Milaan. De zaakwaarnemer kreeg geen gehoor. Zelfs mama Rosilda had geen idee waar haar zoon uithing. Ze maakten zich vreselijk zorgen. Ze dachten dat hij dood was. Overhoop geschoten door een bende uit Rio de Janeiro. Of anders zelfmoord gepleegd. De roddelpers schreef dat er op donderdag een beroemde voetballer was gesignaleerd op een feestje van een drugsbaron uit Chatuba, een sloppenwijk in het Noorden van de stad. Men vermoedde dat het om Adriano ging die in diezelfde favela ooit leerde voetballen op straat. De spits van Inter zou hebben gedanst tot diep in de nacht. Met mooie meiden en transseksuelen en met twee glimmende pistolen, meehupsend in holsters op de heupen. Hij zou zich hebben beklaagd over de roem en de rijkdom (‘Geld is niet alles’) en zoop zichzelf daarna een delirium. Om de ellende te vergeten.
En het begon allemaal zo mooi. Adriano Leite Ribeiro, een uit de kluiten gewassen knaap uit een van de armste sloppenwijken van Rio, maakte tijdens de zomer van 2001 zijn debuut voor Internazionale. Het gebeurde tijdens een vriendschappelijk duel tegen Real Madrid dat de Braziliaan zo vréselijk hard uithaalde uit een vrije trap dat de doelpalen in Bernabeu er nog van natrillen. Adriano was sterk, snel en technisch; een doelpuntenmachine met een fluwelen balbehandelig. Ze noemden hem de Hulk of l’Imperatore, naar de Romeinse keizer Hadriano. Nadat de spits vanaf 2001 voor een paar seizoenen werd verhuurd aan Fiorentina en Parma keerde hij in januari 2004 terug naar Milaan. Het was met reuzenstappen dat Adriano daarna de top van het internationale voetbal bestormde. Uitblinker en topscorer tijdens de Coppa America van dat jaar en een sensatie in Italië. Adriano dribbelde en scoorde. Met links of met rechts. Met het hoofd of met de punt van de schoen. De Braziliaan wist de wereld aan zijn voeten maar achter de façade van de vrolijke doelpuntenmachine schuilde het verdriet van een introverte en eenzame jongen die zich maar geen raad wist met het plotselinge overlijden van zijn vader Almir, tijdens de zomer van 2004. Toen daarna zijn vriendin Daniella hem verliet, samen met zoontje van amper een jaar, raakte de voetballer in een depressie. De doelpunten droogden op en Adriano greep steeds vaker naar de fles. Geen wijn maar bier. Of cocktails. Thuis drinken op de sofa van zijn villa in Como of met foute vrienden in nightclubs in Milaan. Steeds vaker werd de Braziliaan tot diep in de nacht gesignaleerd in discotheek Hollywood en volgens de Corriere della Sera werden er regelmatig über-exclusieve feestjes georganiseerd in de suite van het chiqueste hotel van de stad. Dan lieten Adriano en zijn makkers flessen Champagne aanrukken van het merk Christal en werd er feest gevierd met Milanese meisjes, callgirls en zelfs travestieten. Op tienduizend euro meer of minder werd niet gekeken. En de volgende dag natuurlijk niet op tijd voor de training. Of anders in beschonken toestand. Zoals afgelopen november gebeurde toen Adriano na een avondje stappen zich weliswaar op tijd meldde in het trainingskamp van Inter maar met een enorme kegel door trainer José Mourinho weer van het veld werd gestuurd. Boetes, straftrainingen of gesprekken met Mancini of Mourinho; niets hielp. Vaak beloofde hij beterschap. Even zo vaak ging het mis. Zoals vorige week.
Het goede nieuws is dat Adriano niet dood is. Hij leeft. De afgelopen dagen hield hij zich schuil in zijn appartement in Rio, met mama Rosilda en zijn oma in zijn buurt. Het is onduidelijk of de speler wordt opgenomen in een ontwenningskliniek of terugkeert naar Italië. ‘Misschien. Na Pasen’, zei zijn zaakwaarnemer deze week. José Mourinho is dit keer niet boos. Wel verdrietig. ‘Het is een trieste geschiedenis’, zei de Portugees deze week. ‘Het gaat ons nu alleen nog maar om Adriano. Niet om de voetballer maar om de mens’. Het is voor Adriano te hopen dat hij de verleiding van de fles op een dag kan weerstaan om te voorkomen dat hij eindigt als zijn landgenoot Garrincha. Die Goddelijke kanarie zoop zich uiteindelijk dood. Garrincha overleed in 1983, aan de gevolgen van levercirrose. Hij was pas 49 jaar oud. Adriano heeft nog 22 jaar om het met zichzelf goed te maken.

2 comments:

Anonymous said...

Tja, zo zonde van zo'n talentvolle speler.
Ik heb vernomen dat Inter hem eind dit seizoen wilt verkopen?
Laat hem maar lekker weer in Brazilië spelen, zodat hij zijn leven op de rails kan krijgen.
En dan misschien over 2 a 3 jaar weer de stap maken naar Europa. Zodat we hem weer kunnen zien schitteren op de Europese velden hier. Misschien in Engeland? :)

Bas said...

Het zijn sterke benen die weelde kunnen dragen.. Gelukkig hebben ze Kaka nog in Milaan.