Saturday, April 18, 2009

Grootste prijs ooit: 5.549.749.000 lire






Ik heb deze week de Totocalcio weer eens ingevuld. Hartstikke leuk. Vooral met een espresso erbij. Eenen, tweeën of een kruisje voor een gelijkspel. Hetzelfde principe als vroeger bij de voetbaltoto.


Bij ons in Waalwijk kwam op vrijdag een mannetje op een Kaptein Mobylette aan de deur, met een knalrood dophelmpje op zijn kop. Het maakte me nerveus als hij meekeek over mijn schouder terwijl ik aan de keukentafel nadacht over de uitslag van NEC-PEC Zwolle of Go Ahead Eagles-PSV. Daarna draaide hij het velletje door een metalen kastje op zijn buik - kopietje voor hem, het origineel voor mij - en zei (met zijn helm meestal nog op): 'Tot de volgende week dan maar weer. Houdoe!' Hele middagen lag ik op bed te fantaseren waar ik al die duizenden guldens wel niet aan zou uitgeven, maar ik won natuurlijk nooit.

Deze week nieuwe ronde, nieuwe kansen. Maar dan in de Totocalcio. De Italiaanse variant van de voetbaltoto werd in 1946 geïntroduceerd door Massimo Della Pergola, een Joods-Italiaanse journalist van de Gazzetta dello Sport die tijdens de oorlogsjaren door de fascisten te werk werd gesteld in een concentratiekamp in Pont de la Morge. Het was aan de boorden van de rivier de Rhône dat Della Pergola in gevangenschap het idee voor de Totocalcio verzon. ,,In het kamp was ik zelf een nummer: nummer 21.915.''

Volgens Della Pergola was Totocalcio dé manier om geld te verdienen en om (een deel van) dat geld weer terug te laten stromen naar de sport. Eenmaal bevrijd en weer achter een Olivetti op de redactie van de roze sportkrant vond Della Pergola het tijd om Italië, in navolging van Engeland, Zweden en Zwitserland, in te wijden in de wereld van de kansspelen. Tegen de achtergrond van een bijna bankroete natie (toenmalig president De Gasperi moest voor een staatsbezoek aan Frankrijk zelfs een overjas lenen van een van zijn ministers) groeide de Totocalcio uit tot een geweldig succes. Hele volksstammen deden mee. Voetbalfan of niet, man, vrouw, jong, oud, arm of rijk. 'Beproef uw geluk voor de prijs van een glas Vermouth' luidde de slogan.

En dat is wat de Italianen deden, hun geluk beproeven. Met miljoenen tegelijk. Totocalcio hoorde net zozeer bij de traditie van het Italiaanse voetbal als het spelen van wedstrijden op een vast tijdstip op de zondagmiddag ooit was. De Totocalcio deed de straatarme fan in het naoorlogse Italië dromen van een betere toekomst. En voor sommigen wás die er ook. Zoals voor Pietro Aleotti. De timmerman uit Treviso, gespecialiseerd in het maken van doodskisten, won in 1947 met zijn lijstje 1, 1, x, x, x, x, x, x, 2, 1, 1, 1 liefst 64 miljoen lire (ruim 33.ooo euro), een godsvermogen.

De gelukkige winnaars van de Totocalcio groeiden in de jaren daarna uit tot bekendheden van B-formaat die met hun hoofd in de krant verschenen. In 1950 werd Giovanni Mannu in een tv-uitzending als een soort boksheld onthaald. Doldwaze toestanden in de studio, het publiek op de banken. En daar stond de mijnwerker uit Sardinië dan, op het podium met wat mooie missen in de buurt. Onhandig zwaaiend met een vette cheque boven zijn hoofd.

In 1993 werd de grootste prijs ooit uitgekeerd (5.549.749.000 lire). Daarna ging het bergafwaarts met de Totocalcio. Verkeerd management, verandering van eigenaar, gerommel met het oorspronkelijke idee; dat soort werk. Er kwamen midweekse wedstrijden bij en concurrenten zoals Superenalotto, SNAI en Bwin. De fan raakte de kluts kwijt. Bovendien werd krassen en inzetten via internet populair. Allemaal ten koste van de Totocalcio. Bijna 63 jaar na oprichting is de Italiaanse toto op sterven na dood. De toekomst is onzeker. Volgens de noodkreet in de Gazzetta doen er dit weekeinde slechts 121.000 Italianen mee.

En een Nederlanse dus. Ik heb ingezet op een 1 voor Juventus tegen Inter en een 2 voor Milan tegen Torino. Tot volgende week dan maar weer. Houdoe!

No comments: